Bij betaald verlof gaat de pensioenopbouw gewoon door. Bij onbetaald verlof is dat anders.

Gaat een werknemer met onbetaald verlof (bijvoorbeeld ouderschapsverlof), dan kunt u dit als een gewone urenwijziging aan ons doorgeven. U geeft ‘0’ uren op. Blijft een werknemer deels werken, dan geeft u het aantal uren op dat een werknemer nog werkt.

Ook het aanvullend geboorteverlof is onbetaald verlof (ook al betaalt het UWV tijdens het onbetaalde verlof 70% van het loon door). Over de uren die een medewerker minder gaat werken, bouwt de medewerker geen pensioen op.

Bij onbetaald verlof tot 18 maanden loopt de overlijdensrisicoverzekering (die zorgt voor een nabestaandenpensioen) en de WGA-hiaatverzekering (die zorgt voor een aanvulling op de WGA-uitkering) door op basis van de oorspronkelijke uren.

Een werknemer bouwt pensioen op, op basis van het aantal uren dat hij of zij nog werkt. Een werknemer kan ervoor kiezen tijdens het verlof (max. 18 maanden) pensioen op te bouwen op basis van het oorspronkelijke aantal uren. Hij of zij moet dan ook het werkgeversdeel van de premie betalen voor het deel dat hij of zij zo extra opbouwt. U kunt de werkgeverspremie dan zelf verrekenen met de werknemer.