Nabestaandenpensioen: pensioen voor uw partner en kinderen

Onderdeel van het pensioenpakket bij PMA is een nabestaandenpensioen. Een uitkering aan uw partner en kinderen als u overlijdt. 

Als u komt te overlijden, ontvangt uw partner levensslang een partnerpensioen. Voor uw kinderen (tot hun 21e en uiterlijk tot hun 27e zolang ze studeren) is er een wezenpensioen.

Het nabestaandenpensioen gaat direct in na uw overlijden. Bent u getrouwd of geregistreerd partner? Dan weten we automatisch wie uw partner is via de gemeente. Woont u samen met een samenlevingsovereenkomst? Meld dan uw partner aan bij PMA. Ook dan heeft uw partner recht op partnerpensioen. 

Belangrijk is dat u getrouwd bent, geregistreerd partner bent of bent gaan samenwonen vóór het pensioen volledig is ingegaan.

Welke voorwaarden gelden er als u samenwoont? 

  • u en uw partner zijn beiden ongehuwd
  • u en uw partner zijn geen familie in de rechte lijn (ouder-kind mag niet, broer-zus mag wel)
  • u en uw partner wonen op één adres samen en voeren een gezamenlijke huishouding
  • u beschikt over een door de notaris opgesteld samenlevingscontract waarin is opgenomen dat u een gezamenlijke huishouding voert, tenzij u al ten minste vijf jaar samenwoont op één adres en een gezamenlijke huishouding voert.

 

Hoe berekenen we het partnerpensioen?

De opbouw van het partnerpensioen in een jaar is 70% van het pensioen dat u voor uzelf opbouwt. Het partnerpensioen kan uiteindelijk lager uitvallen, bijvoorbeeld door waardeoverdracht of een scheiding. De hoogte van het partnerpensioen hangt ook af van het moment van overlijden:

1. U overlijdt terwijl u met pensioen bent

Uw partner ontvangt de rest van zijn of haar leven een partnerpensioen. Hoeveel dat is, kunt u zien op het pensioenoverzicht dat u jaarlijks ontvangt. Als u bij pensioneren het partnerpensioen heeft omgezet in extra pensioen voor uzelf, dan is er voor uw partner uiteraard géén partnerpensioen meer.

Als u overlijdt nadat uw pensioen is ingegaan, heeft uw partner bovendien recht op een eenmalige overlijdensuitkering. Deze uitkering is 2x het bruto pensioen per maand van PMA. Heeft u geen partner meer? Dan kan deze uitkering verdeeld worden onder de achterblijvende minderjarige of studerende kinderen. Ook als u komt te overlijden terwijl u een arbeidsongeschiktheidspensioen van PMA ontving, ontvangen uw nabestaanden zo'n uitkering.

2. U overlijdt terwijl u pensioen opbouwt bij PMA

Het pensioenfonds rekent uit hoeveel partnerpensioen u opgebouwd zou hebben als u tot uw 67e bij uw werkgever in dienst was gebleven. Uw partner krijgt dit bedrag als levenslang pensioen. Bekijk uw pensioenoverzicht voor de meest recente berekening van het bedrag. 

3. U overlijdt vóór uw pensionering, maar u bouwt geen pensioen meer op bij PMA

Als u nog pensioen bij PMA had staan, ontvangt uw partner levenslang het partnerpensioen dat u heeft opgebouwd. Neemt u uw pensioen mee naar een nieuwe werkgever? Dan krijgt uw partner geen partnerpensioen van PMA. 

Hoe berekenen we het wezenpensioen?

Het wezenpensioen dat u bij PMA opbouwt is (per kind) 14% van het pensioen dat u voor uzelf opbouwt. De hoogte van het wezenpensioen staat op het pensioenoverzicht dat u ieder jaar ontvangt. Als kinderen beide ouders verliezen, verdubbelen we het wezenpensioen.

Het wezenpensioen is er voor kinderen tot 21 jaar. Studerende kinderen komen tot hun 27e in aanmerking voor wezenpensioen. Ook pleegkinderen en geadopteerde kinderen die door u worden onderhouden en opgevoed komen in aanmerking voor wezenpensioen.